E Koenders
06. Gevaarlijke stoffen en Biologische agentia
 >  Vervoer gasflessen in bedrijfsauto
Introductie

Bij het vervoer van gasflessen worden ze bij het afremmen niet zo geremd zoals het voertuig. Het gevolg? Omvallende gascilinders (indien ze niet goed zijn vastgezet). Door het gewicht van de gasflessen veroorzaakt dat ernstige schade aan het voertuig.

Bovendien kan bij het omvallen de afsluiter afbreken, waardoor de gascilinder door de druk in de fles wegschiet. Door het gewicht kunnen gascilinders makkelijk ramen of de buitenkant van jouw voertuig doorboren. Je kunt je voorstellen welke gevaarlijke situaties daardoor ontstaan.

Indien er ook een ontstekingsbron aanwezig is, is er ook kans op explosie gevaar. Een ontstekingsbron kan zijn open vuur, statisch elektrischiteit e.d. 

Risico's > Wat kan er gebeuren?

Gevolgen van het niet op juiste manier vervoeren van gasflessen kunnen zijn;

  • Explosie gevaar
  • Brandgevaar
  • Bedwelming
  • Geraakt worden door gasflessen
  • Ophoping van gasdampen in laadruimte;
  • Uitstroom van restgas uit slangen;
  • Onsteking door sigaret of open vuur.

De werknemer stapte rond half één uit de bestelauto om een sigaret op te steken, waarop zijn voertuig explodeerde. Hij bleek twee gasflessen te vervoeren, waarvan er eentje was gaan lekken.

Foto Theo Kock



Explosie in bedrijfsbus vermoedelijk veroorzaakt door lekkende gasfles


De bus ontplofte gisterochtend terwijl de eigenaar in het voertuig zat.


Maatregelen > Wat moet je doen?
  • Gasflessen/cilinders altijd vervoeren met opgeschroefde en vastgezette beschermkap. Plaats gasflessen/cilinders nooit los in een voertuig, maar zorg ervoor dat ze niet kunnen omvallen (vastzetten), indien mogelijk niet in de aanrijdzone;
  • Controleer voor transport of de afsluiters van de gascilinders goed zijn afgesloten en koppel andere apparatuur zoals reduceerventielen, slangen en branders los;
  • Personen en gasflessen in aparte ruimte;
  • Zorg altijd voor voldoende ventilatie laag bij de grond. Butaan- en propaangas zijn namelijk zwaarder dan lucht. Plaats gasflessen/cilinders buiten en nooit in afgesloten en/of ongeventileerde ruimten;
  • Zorg ook voor ventilatie boven in de bus;
  • Zorg ervoor dat de ventilatie opening in de vloer van de bus vrij is en niet afgedekt met materieel o.id.
  • Plaats een gasfles/cilinder altijd zodanig dat deze niet blootstaat aan verhitting door kachels, open vuur, en zet de gasfles/cilinder bij voorkeur uit de zon, Gascilinders moeten worden opgeslagen bij een temperatuur van maximaal 50°C.;
  • Gebruik nooit een oude, vuile of roestige drukregelaar, minimaal 1x per zes (6) jaar de drukregelaar of doorstroombegrenzer vernieuwen. Gebruik nooit een gasfles/cilinder zonder drukregelaar en/of doorstroombegrenzer;
  • Gebruik altijd een goedgekeurde propaanslang van recente datum. Gebruik geen slangen ouder dan twee jaar. (Het keurnummer en jaartal staan vermeld op de slang). Berg de slangen op zonder knikken;
  • Sluit na gebruik altijd de fleskraan, ook bij ‘lege’ flessen/cilinders. Bij het verwisselen van flessen, vuur- en ontstekingsbronnen verwijderd houden. Laat nooit de kraan van een gasfles/cilinder openstaan als u geen gas gebruikt;
  • Rook niet tijdens lossen/laden en transport van gasflessen;
  • Heb een brandblusser van 2 kilogram binnen handbereik;
Tips > Voor meer informatie
  • Tijdens laden, vervoer en lossen NIET roken, geen open vuur, in of in nabijheid van bus of aanhangwagen;
  • Personen en gasflessen in aparte ruimte;
  • Zorg voor ventilatie in laadruimte;
  • Plaats gasflessen altijd rechtop,geborgd tegen omvallen;
  • Controleer of de afsluiters gesloten zijn;
  • Koppel slangen tijdig los in de openlucht
  • Er moeten veiligheidsinformatiebladen in het voertuig aanwezig zijn.

Scan de volgende code met de app om deze toolbox te bekijken.